El autor del robo (vluchtte) ........ de la ciudad en moto.
De dader van de diefstal vluchtte op een motor de stad uit.
De indefinido van huir: hui, huiste huyó, huimos, huisteis, huyeron.
De i verandert in y onder invloed van de omringende klinkers (3e persoon enkelvoud, meervoud).
Juan quiere conocer el (reden) ........ de su despedida.
el porqué = de reden
despedida = ontslag; afscheid
¿por qué? = waarom?
porque = omdat
por que = waarom (in betrekkelijke bijzinnen: las razones por (las) que no quiero ir)
Wat betekent het vetgedrukte woord?
Mi sobrinita es una aficionada a la purpurina.
purpurina, (spreektaal) brillibrilli = blingbling, glitter, alles wat blinkt
sobrinita = nichtje (dochtertje van broer of zus)
ser un, una aficionado, -a a = houden van, liefhebber zijn van
de zoetigheid = lo dulce, los dulces, las golosinas
make-up = maquillaje
roze kledij = ropa de color rosa
La futbolista tiene un esguince de tobillo.
esguince = verstuiking
tobillo = enkel
breuk = rotura
kneuzing = contusión
zwelling = hinchazón