(Geef me even de puntenslijper aan.)
¡Déjame ........ , por favor!
Geef me even de puntenslijper aan; mag ik je puntenslijper even lenen?
el sacapuntas = de puntenslijper
Zelfstandige naamwoorden die een samenstelling zijn van een werkwoordsvorm en een zelfstandig naamwoord in het meervoud (saca + puntas) zijn meestal mannelijk.
'El afilalápices' betekent ook de puntenslijper.
De woorden 'afilalápiz, sacapunta' komen niet voor.
Recorrer la muralla de Lugo es una costumbre típica (bij) ........ los gallegos.
Over de omwalling van Lugo lopen is een typische gewoonte bij Galiciërs.
entre los gallegos = bij (de) Galiciërs
La (tiende) ........ etapa de la Vuelta a España llegó a Bilbao.
De tiende etappe van de Ronde van Spanje kwam aan in Bilbao.
décimo, -a = tiende
Het rangtelwoord komt doorgaans vóór het zelfstandig naamwoord.
diez = tien (hoofdtelwoord)
Het woord 'diecima' is niet correct.
(Het is tijd om te gaan slapen.)
Es hora de ........ la oreja.
planchar = strijken
planchar la oreja = (gaan) slapen
agudizar la oreja = de oren spitsen
mojar la oreja = beledigen
De combinatie cerrar la oreja bestaat niet.