¿Alguien ha perdido un (knoopje) ........ ?
knoop = botón
botoncito = knoopje. Als een woord eindigt op -n, krijgt het voor het verkleinwoord het achtervoegsel -cito.
perder (ie) = verliezen
(We toosten op je verjaardag!)
¡Brindamos por tu ........ !
brindar por = toosten op
cumpleaños = verjaardag
boda = huwelijk
jubilación = pensionering
nacimiento = geboorte
El Atlético Madrid ha derrotado al FC Barcelona (met twee nul) ........ .
derrotar por dos a cero = met twee nul verslaan (sport)
De andere combinaties zijn niet correct.
¿Qué quieres, reina?
reina/rey = koningin/koning; lieverdje
omaatje = abuelita
vraagal = preguntona
zeurpiet = quejica