(Spel even je naam voor mij.)
........ tu nombre.
deletrear = spellen
deletrea: gebiedende wijs (tú) van deletrear.
me = voor mij; bij de gebiedende wijs bevestigend wordt dit persoonlijk voornaamwoord erachter en eraan vast geschreven.
Er komt een accent op het werkwoordsdeel om de klemtoon op de gebiedende wijs te behouden.
contar (ue) = vertellen, tellen
enumerar = opsommen
sumar = optellen
(Mijn) ........ sacacorchos está roto. ¿Puedes prestarme el tuyo?
Mijn kurkentrekker is kapot. Kun je mij de jouwe lenen?
el sacacorchos = de kurkentrekker
mis sacacorchos = mijn kurkentrekkers
Camarero, ¿(wat moeten wij u betalen) ........ ?
Anoche llovió con ganas.
llover con ganas, llover a cántaros = pijpenstelen regenen
frecuencia = regelmaat
granizada = hagelbui
intervalo = tussenpoos