En España es tradición comer doce uvas para (uit te zwaaien) ........ la Nochevieja.
In Spanje is het traditie twaalf druiven te eten om het oudjaar uit te zwaaien.
despedir (i) = uitzwaaien
bajar = laten zakken
pasar = doorbrengen
saludar = groeten; verwelkomen
No me gusta ........ al trabajo en metro. Casi siempre voy en bicicleta.
ir = gaan
Na 'me gusta' volgt een infinitief, niet een vervoegd werkwoord
voy = ik ga
- Hola, soy Joaquín.
- Hola, soy Gina, (aangenaam) ........ .
encantado, -a = aangenaam, aangename kennismaking
encantada: wordt gebruikt door een vrouwelijke spreker
encantado: wordt gebruikt door een mannelijke spreker
De andere opties zijn hier niet correct.
¿(Hoeveel) ........ cuestan estos jerseys?
Hoeveel kosten deze truien?
¿cuánto? = hoeveel? Cuánto wordt hier zelfstandig gebruikt en verandert daarom niet. Je schrijft het met accent in deze zin omdat het vragend is.
¿Cuántos? is 'hoeveel?' Cuánto wordt cuántos, cuántas als het bijvoeglijk wordt gebruikt voor een zelfstandig naamwoord zoals in: ¿Cuántos años tienes (hoe oud ben je)?
jersey = trui
¿cuándo? = wanneer?
De vorm quántos bestaat niet.