(Er moet een oplossing voor jouw probleem zijn.)
Tiene que ........ una solución para tu problema.
Haber en a ver klinken hetzelfde maar hebben een totaal andere betekenis.
Haber is hier de infinitief van hay (= er is, er zijn) en a ver (= eens kijken).
Manolito es el (ondeugendste) ........ de todos los chicos.
pícaro, -a = ondeugend
juguetón, -ona = speels
terco, -a = koppig
vago, -a = lui
Una vez más, Andreu se ha salido con la suya.
salirse con la suya = zijn, haar, uw zin krijgen
is er met zijn minnares vandoor = se ha largado con su amante
is weggevlucht = ha huido
zit in de gevangenis = está preso, -a; (spreektaal) está a la sombra
Hubo un apagón en La Gomera.
apagón = stroomstoring; black out
bosbrand = incendio forestal
muziekfestival = festival de música
zeilwedstrijd = regata (de vela)
La Gomera is een van de kleinere Canarische Eilanden.